Hugo Franssen
De slag om de Mijnen
Hoofdstuk 7
Woensdag 4 juni ’86 worden vier délégués en acht andere militanten uit de mijnen met een aangetekende brief op de hoogte gebracht van hun voorgenomen afzetting en uitsluiting uit de vakbond. Het zijn Luc Cieters, Freddy Bungeneers, Adrien Luyckx, Jan Grauwels, Fernand Sannen, Rich De Schutter, Mimoun Honna, Dominique Nouwen, Louis Willems, Ismail Ustmert, Herman Vermeulen en Patrick Luyts.
6 juni 1986 — Feest in de mijnen. “De stroming voor een meer principiële opstelling van de vakbonden wint aan kracht. - Foto Solidair
Jan Baeyens, secretaris van de ABVV-mijncentrale schrijft: ‘U maakt het voorwerp uit van een voorstel tot uitsluiting in hoedanigheid van lid van de Nationale Centrale der Mijnwerkers van België. In overeenstemming met de statuten wordt U hierbij aangetekend uitgenodigd om deel te nemen aan de bijeenkomst die geroepen is zich uit te spreken over Uw geval, (artikel 9] Deze vergadering heeft plaats op vrijdag 6 juni om 10 uur in de Germinal. in Hasselt (...)’
Baeyens heeft de beslissingen van de vergadering van 6 juni niet afgewacht. Al op 2 juni schrijft hij een brief naar de directie van KS om mee te delen dat de mandaten van de vier délégués onmiddellijk worden ingetrokken.
Aan de mijnpoorten slaat het nieuws in als een bom. De binnenkomende mijnwerkers blijven staan en steken hun ongenoegen niet onder stoelen of banken: ‘Dit is een echt schandaal! Zaterdag liepen wij nog op de kop van de grote ABVV-betoging in Brussel en nu worden onze délégués afgezet. Wil men de mijnen zonder slag of stoot laten sluiten?’
In heel de syndicale wereld wordt heftig gereageerd. Verschillende centrales en afdelingen zeggen het als een eer te zullen beschouwen als de vier afgezette délégués tot hun centrale willen toetreden: het ACOD-onderwijs van Kortrijk, het ABVV-Dendermonde, het CMB-Waasland... Het regent moties uit alle mogelijke hoeken, ACOD-Brussel, CGSP-onderwijs Brussel, ACOD-Limburg, het ABVV van Aalst. De syndicale kernen van de Antwerpse bedrijven SIBP, Solvay, Monsanto, Koewait-Oil, Polysar, BASF, Degussa, Petrochim en Essochem drukken hun ‘verontwaardiging uit over de ontslagen’ en roepen het ABVV en de Algemene Centrale op hun verantwoordelijkheid te nemen en de bescherming van de syndicale militanten ook binnen de eigen rangen in de praktijk te brengen’.
Het Bestuur van de Algemene Centrale van Gent schrijft een open brief naar de Mijnwerkerscentrale en naar André Vanden Broucke: ‘Het is onbegrijpelijk en onaanvaardbaar dat in het kader van de nationale interprofessionele sensibiliserings- en actiecampagne in het ABVV de noodzakelijke strijdbaarheid wordt gesanctioneerd’. In Limburg ontstaat de groep “Het Syndicaal Geweten”.
Hasselt, vrijdag 6 juni, 10 uur.
Vlak voor de Germinal, het ABVV-vakbondsgebouw, loopt het Maastrichterstraatje vol. De mijnwerkers zijn naar Hasselt afgezakt. Vandaag staan hier de koptrekkers van hun staking terecht. De mijnwerkers komen hun délégués verdedigen. De sfeer is vastberaden.
Cois heeft de nachtpost gemaakt. Hij is niet gaan slapen: ‘Ik werk zeventien jaar in Beringen. Luc is de meest bekwame délégué die we ooit gehad hebben. Zo iemand afzetten? Dat kan niet. Ik ken Luc, die man geeft het nooit op’.
Sonja, de vrouw van Adrien Luyckx, één van de afgezette délégués: ‘Mijn grootvader en mijn vader waren bij het ABVV. En in die tijd wou dat wat zeggen. Ik was fier op onze rode vlag. Nu ben ik beschaamd over de vakbond. Maar ik blijf vechten’.
Er zijn spoormannen uit Luik, ACOD-ers uit Limburg en Antwerpen, ABVV-ers van Renault en van de werklozenwerking in de Kempen... ‘In de strijd maak je toch veel vrienden. Onder de staking gingen wij naar hen, nu komen zij naar ons’, zegt een Italiaanse mijnwerker. De CMB-Waasland is ook op post. De Boel-zangers zetten in: ‘Geen vagebonden maar echte bonden, onze bonden!’ De mijnwerkers begrijpen dat.
Luc Cieters: ‘Wij eisen dat de uitsluitingen onmiddellijk teniet worden gedaan en dat iedereen zich bij de komende sociale verkiezingen kandidaat zal mogen stellen’. Jan Grauwels geeft de resultaten van de petitieactie aan de mijnpoorten, op amper 24 uur tijd tekenen 3.000 mijnwerkers. ‘We gaan die handtekeningen afgeven’.
Een dubbele rij politieagenten staan voor de ingang. Ze komen in een maalstroom van mijnwerkers terecht. Het Uitvoerend Bestuur is nu voor het publiek toegankelijk. Voor veel mijnwerkers is dat hun eerste Uitvoerend Bestuur. Zij voelen zich beresterk. Zij weten zich gesteund door hun 18.000 werkmakkers en door een meerderheid in het grote ABVV.
De beelden van hun overtuigingswerk, die ’s avonds op het BRT-journaal getoond worden, zijn onvergetelijk. Uiteindelijk geeft ook Jan Baeyens toe. De mijnwerkers verlaten daarop de zaal. Alle leden van het Uitvoerend Bestuur zetten dan in alle rust hun handtekening, de procedure voor de uitsluiting wordt ingetrokken.
Adrien Luyckx verlaat als eerste, lachend en met opgestoken brief, de zaal. ‘Die moet je inkaderen, dat is je diploma’, roepen de metaalarbeiders uit het Waasland die buiten staan te wachten. De Boelarbeiders zingen alle strijdliedjes die ze kennen. Wanneer dan de drie in eer herstelde leden van het Uitvoerend Bestuur de zaal verlaten met hun ‘diploma’, ontlaadt de spanning zich in een spetterend enthousiasme. Luc Gieters en Jan Grauwels worden prompt als helden op de schouders van de mijnwerkers getild. Freddy Bungeneers valt buiten de prijzen: zijn 102 kilogram is zelfs voor mijnwerkers iets te veel.
Buiten neemt CMB-secretaris René Stroobant het woord. Hij krijgt applaus. Ook Jan Olyslaegers, de voorzitter, spreekt de mijnwerkers toe. Op zijn jas prijkt de badge: ‘’t Zijn onze délégués, blijf eraf!’ Ook hij krijgt applaus van de mijnwerkers. En dat doet hem goed. Jan Grauwels rondt af: ‘De strijd tegen de mijnsluitingen, tegen de afdankingen en afvloeiingen gaat verder’.
Die middag zijn de militanten zingend en klingend de put van Waterschei opgetrokken. Het was feest. Ook in Beringen werden de délégués overstelpt met gelukwensen. ‘Er kwamen er mij zelfs bedanken’, vertelt Luc Cieters. ‘Dat is toch een teken dat ze begrepen hoe belangrijk deze kwestie was voor het verdere verloop van de strijd tegen de mijnsluitingen’.
Op 6 juni won de vakbond. Alleen door vast te houden aan democratie en strijdbaarheid kan de vakbond zich versterken. De strijd tegen de uitsluiting van de ACV-militantenkern op Boel en van de ABVV-kern op Bosal in de Kempen had al een stroming voor meer democratie in de vakbonden op gang gebracht. Nu boekten de mijnwerkers op dat vlak een formidabele overwinning. Zij wezen het syndicalisme af dat plooit voor de logica van de holdings en het patronaat. Zij kozen voor dat andere syndicalisme, het syndicalisme dat weigert te capituleren, het syndicalisme dat zegt: laten wij het volk mobiliseren en laten wij rotsvast op de eisen van het volk blijven staan.
Jan Grauwels: “t Is niet omdat het moeilijk is dat we niet blijven knokken binnen de vakbond. De mijnwerkers hebben hun vakbond nodig. Ze hebben een vakbond nodig die de eisen verdedigt en die hen vooruittrekt. In Engeland heeft het dertig jaar geduurd voor er in de mijnvakbond, de NUM. een andere politiek gevoerd werd. Tussen 1961 en 1971 zijn er 350.000 jobs geliquideerd. Pas in de strijd daartegen is er een gevecht op gang gekomen binnen de mijnvakbond. Hoe moet een vakbond er uitzien, welk programma moet hij hebben en welke leiding heeft hij nodig om dat programma te verwezenlijken? Uit die strijd is Arthur Scargill voortgekomen. Men wilde een einde stellen aan de discussies over de opstelling van de vakbonden tegenover sluitingen. Daarom wilde men ons afzetten’.
Luc Cieters: in heel de vakbeweging was de discussie gelanceerd over de strategie tegenover de crisis. Dat dreigde uit te monden in wat genoemd wordt de realistische weg. Wij hebben die aanpak nooit willen aanvaarden. Wij hebben ons altijd principieel verzet. Door de mijnstaking en door de strijd tegen de sancties heeft de discussie aan kracht gewonnen. De vloed protesten die op zeer korte tijd op gang kwam, bewijst dat de stroming voor een meer strijdbare en principiële opstelling aan kracht wint’.