Ernest Mandel

Ben Bella, wie zijt gij?


Geschreven: september 1962
Bron: Links nr. 20, 1 september 1962
Transcriptie: Valeer Vantyghem
Deze versie: spelling
HTML en contact: Adrien Verlee, voor het Marxists Internet Archive, oktober 2008

Laatste bewerking: 09 oktober 2008


Zie ook:
Ben Bella en de socialistische linkerzijde

De oorzaken van de huidige Algerijnse crisis en de snelle ontwikkeling ervan hebben velen bevreemd, zoniet ontgoocheld. De grote hoop; in deze pijnlijke en benarde periode, blijft in alle geval de politieke rijpheid van het Algerijnse volk, gunstig gevolg van bijna acht jaar revolutionaire oorlog.

Er komt, dunkt ons, stilaan wat klaarheid in de tegenstelling Ben Khedaa-Ben Bella, maar foutieve beoordelingen blijven mogelijk en het zou verkeerd zijn, voorafgaande op nog steeds ontoereikende gegevens, in dit geschil een positie te kiezen.

Welke taal spreken de partijgangers van Ben Kheda, wanneer men de kans krijgt ze onder vier ogen te spreken?

‘Wij hebben natuurlijk altijd de bevrijding van Ben Bella gewenst en ervoor gestreden. Maar in een ander opzicht hebben we die ook wel een beetje gevreesd. De man heeft namelijk een heftig temperament, dat roet in het eten zou kunnen gooien. Dat heeft hij ook gedaan, gebruik makende van de terugroeping door Ben Khedda van avontuurlijk aangelegde elementen uit de legerstaf. De oprichting van het Politiek Bureau is een opstandige daad geweest die niet in de lijn van de Revolutie lag: de macht was wettelijk in handen van de Voorlopige Regering. We hebben het compromis aanvaard, opdat de onenigheid niet zulk danige vormen aannemen zou, dat ze de Revolutie in gevaar zou brengen. Het feit dat hij de stafchefs gekozen heeft, tegen het civiel gezag, tekent zijn mentaliteit. Het is niet zonder reden dat de slogan ‘Weg met de Persoonsverheerlijking’ zo’n ingang gevonden heeft. Wat zijn politieke strekking betreft, maak u geen illusies. Zijn huidige bondgenoten zijn Farhat Abbas, het bourguibisme dus, en nasserianen. De marxisten staan langs de kant van Ben Khedda. De Franse federatie van de vakbond UGTA staat achter Ben Khedda. Ben Bella’s lectuur, tijdens zijn gevangenschap, was van Egyptische herkomst. En wat gedacht van de, nadien weliswaar gelogenstrafte, antisemitische verklaringen die hij voor Egyptische journalisten afgelegd heeft?’

Een ander beeld...

Zulke taal hebben we enkele weken geleden gehoord uit de mond van Ben Kheddisten. Het zal de lezer opgevallen zijn, hoe verschillende van deze aantijgingen door de tijd en de ontwikkeling der gebeurtenissen weerlegd geworden zijn. Die zogenaamde antisemitische verklaring is categoriek ontkend geworden, als zijnde een verzinsel van Egyptische dagbladschrijvers van een bepaalde strekking. Ettelijke uitspraken van Ben Bella bewijzen ten eerste, dat hij niet voor nasseriaan (in de pejoratieve zin van het woord) kan doorgaan en, ten tweede, dat zijn lectuur tijdens zijn gevangenschap, niet uitsluitend een Egyptische politieke literatuur moet geweest zijn.

Wat het argument betreft van zijn bondgenootschap met bourguibisten als Ferhat Abbas, kan men evengoed Boudiaf, die marxist heet te zijn, zijn alliantie met gematigden als Belkacem Krim en andere kabylistsische particularisten verwijten. We hebben alle redenen om te geloven dat die Farhat Abbas geschiedenis een puur tactische coalitie is.

Ben Bella een nasseriaan? Nasser heeft zijn land volledig ontkoloniseerd, zegt Ben Bella, maar: ‘Wat het binnenlands regime betreft, ik wil het niet beoordelen... Ons volk drijft ons echter naar een socialistisch perspectief.’

Ben Bella een eng nationalist? Tot leiders van andere Afrikaanse bevrijdingsbewegingen heeft hij woordelijk gezegd: ‘Wij hebben overwonnen ondermeer dankzij internationale steun. Het is een schuld die we tegenover anderen hebben. Ik zal mij niet eerder vrij voelen dan wanneer gij bevrijd zult zijn’. En de steun die hij nu reeds schenkt is onder alle opzichten concreet!

De grond van de kwestie, dat zijn de Akkoorden van Evian die, zelfs indien het niet waar is dat er geheimen clausules aan verbonden zijn, op zijn zachtst gezegd de deur openen voor het neokolonialisme.[1] De kwestie van de terugroeping van vooruitstrevende elementen uit de legerstaf is er het rechtstreekse gevolg van: voelende dat ze zich misschien te ver begeven hadden op het pad van het vergelijk met het Frans imperialisme (en dan nog meer na de onderhandelingen met zekere elementen van de OAS, zoals Susini) en dat ze zich daarom aan tegenkanting te verwachten hadden vanwege de legerleiding, hebben de Ben Khaddisten het offensief willen voorkomen door het afzetten van Boumedienne en zijn vrienden (die zeker niet van gematigdheid verdacht kunnen worden!). Men kent het gevolg van dit incident.

Ook bv. op het vlak van de landhervorming kan men aan Ben Bella’s socialistische overtuiging niet twijfelen.

Dat alles samen biedt ons een portret dat wel heel verschillend is van wat sommigen ons wilden voorhouden. Op het gevaar af, binnen enkele weken onze tong te moeten inslikken, durven we nu reeds als ons vermoeden opperen, dat we hier voor de wellicht vooruitstrevendste figuur staan van de Algerijnse revolutie, die door geen compromis meer kan afgesnoerd worden.

_______________
[1] Ben Bella kan zich wel niet openlijk tegen Evian uitspreken. Zijn uitlatingen over ‘de pest’ van het neokolonialisme spreken echter boekdelen over wat hij er in de grond over denkt en ermee van plan is.