Geschreven: onbekend
Bron: Het Boliviaanse dagboek / MIA Engels
Vertaling: Valeer Vantyghem
Eerst gepubliceerd: 27 maart 1967
Oorspronkelijke titel: Communicado n°1: ‘Frente a la menitira reaccionaria, la verdaad revolucionaria’
HTML en contact: Adrien Verlee, voor het Marxists Internet Archive
De militairen die wederrechtelijk de macht hebben gegrepen, nadat ze arbeiders hadden gedood, en de grondslagen hebben gelegd voor de overdracht van onze grondstoffen aan het Amerikaans imperialisme, zijn nu bezig met een klucht op te voeren en het volk te bespotten. Toen het uur van de waarheid had geslagen en de massa’s de wapens opnamen als antwoord aan de gewapende usurpatoren, stelden ze alles in het werk om met hun leugens door te gaan.
Tijdens de morgen van 23 maart drong de Vierde Divisie, ingekwartierd in Camiri, ongeveer 35 man sterk en onder leiding van Majoor Hernan Plata Rios het guerrilla grondgebied aan de Nacahuaza rivier binnen. De hele groep viel in een hinderlaag, door onze troepen gespannen. Als resultaat van de actie hebben wij 25 wapens van alle soort in beslag genomen, waaronder drie 60 mm mortieren met bijhorende granaten, en andere munitie en uitrusting. De vijand verloor zeven doden, waaronder een luitenant, 14 werden er gevangen genomen, vijf van hen werden tijdens het gevecht gewond, en door onze dokters, zover het in de mogelijkheden lag, verzorgd. Alle gevangenen werden vrijgelaten, nadat we hen de doelstellingen van onze beweging hadden uitgelegd.
De lijst van de vijandelijke slachtoffers luidt als volgt:
dood: Romero, Ruben Amezaga, Juan Alvarado, Cecilio Marquez, Amador Almasan, Santiago Gallardo, en een legerinformant wiens achternaam Vargas is;
gevangen genomen: Hernan Plata Rios, kapitein Eugenio Silva, soldaten Edgar Torrico Panoso, Lido Machicado Toledo, Gabriel Duran Escobar, Armando Martinez Sanchez, Filipe Bravo Siles, Juan Ramon Martinez, Leoncio Espionoza, Muguel Rivero, Adalberto Martinez, Edouardo Rivera en Guido Torceros. De laatste vijf raakten gewond.
Wanneer we publiekelijk de eerste veldslag in deze oorlog bekend maken is het omdat we willen stellen wat onze norm is: de revolutionaire waarheid. Onze acties hebben de integriteit van onze woorden gestaafd. Wij betreuren het vergieten van onschuldig bloed en diegenen die zijn omgekomen; doch vrede kan niet worden geschapen met mortieren en machinegeweren, zoals deze grapjassen met hun geborduurde uniformen ons willen doen geloven. Ze proberen van ons het beeld op te hangen van gemene moordenaars. Maar er is nooit sprake geweest, en er zal nooit sprake van zijn, dat één enkele boer ook maar een reden heeft om zich te beklagen over de manier waarop hij door ons werd behandeld of de manier waarop we aan proviand zijn gekomen, uitgezonderd diegenen die hun klasse hebben verraden, en die als gids of als informateur aan de vijand hun diensten hebben aangeboden.
De vijandelijkheden zijn begonnen. In latere communiqués zullen we onze revolutionaire standpunten duidelijk maken. Vandaag doen we een oproep aan de arbeiders, boeren en intellectuelen, aan iedereen die voelt dat de tijd rijp is om geweld met geweld te beantwoorden en een land te redden dat in grote schijven werd verkocht aan de Amerikaanse monopolies, om het levensniveau van ons volk op te krikken dat iedere dag meer honger lijdt.
Nationaal Bevrijdingsleger van Bolivia